Veelgestelde vragen

De lichtopbrengst van een LED lamp wordt bepaald middels het aantal lumen. Echter vaak is dit lastig omdat voor bijvoorbeeld de lichtopbrengst van een gloeilamp naar het aantal Watt van de lamp werd gekeken. Lees meer over hoe De lichtopbrengst van een LED lamp wordt bepaald.

LED verlichting dimmen kan in sommige gevallen wel en in somme gevallen niet. Het is afhankelijk van het type dimmer en het type LED lamp of een LED lamp dimbaar is. Lees meer over of een LED lamp dimbaar is.

Hoe je LED verlichting dimt, is afhankelijk van het type LED lamp. Lees meer over het dimmen van verschillende soorten LED verlichting. Bekijk hier het aanbod Dimbare led spots verlichting.

Hoe je een LED lamp monteert is afhankelijk van het soort LED lamp, de hoeveelheid LED lampen en het vermogen van de LED lamp(en). Lees meer over hoe je een LED lamp monteert.

LED verlichting kun je zowel in serie als parallel schakelen. Het soort schakeling dat je gebruikt, is afhankelijk van hoe LED verlichting wordt aangestuurd. Wordt LED verlichting met stroom aangestuurd? Dan moet LED verlichting in serie worden geschakeld. Wordt LED verlichting met spanning aangestuurd? Dan moet LED verlichting parallel worden geschakeld. LED serieschakeling Een LED serieschakeling dient toegepast te worden bij LED verlichting op 350, 500, 700 of 1050 milliampère. Daarnaast dienen de lampen aangesloten te worden op een stroomgestuurde LED driver. Lees meer over het toepassen van een LED serieschakeling. LED parallelschakeling Een LED parallelschakeling wordt gebruikt bij LED verlichting op 12, 24 of 230 volt. Daarnaast dienen deze de lampen aangesloten te worden op een spanningsvoeding. Lees meer over het toepassen van een LED serieschakeling.

Het is afhankelijk van het type LED lamp of er wel of geen LED driver nodig is. In sommige gevallen is dus wel een LED driver nodig en in sommige gevallen is er geen LED driver nodig. Lees meer over wanneer een LED driver gebruikt.

Een LED driver aansluiten op een LED serieschakeling is zeer eenvoudig doordat de stekkertjes er vaak enkel ingeplugd hoeven te worden. Lees meer over het aansluiten van een LED driver op een LED serieschakeling.

Er bestaan verschillende soorten wit-kleuren. Het is daarom lastig te bepalen welk schakelmateriaal het beste past bij een witte muur. Met behulp van kleurcodes wordt het makkelijker om het juiste schakelmateriaal bij een witte muur te kiezen.

Lees meer over wit schakelmateriaal en witte muren. Bekijk hier het assortiment schakelmateriaal

Hoe een schakelaar aangesloten dient te worden is afhankelijk van het soort schakelaar.
Lees meer over hoe je een bepaald soort schakelaar aansluit.

Wanneer een muur of plafond opnieuw gestuct wordt, dienen zowel centraaldozen/wandcontactdozen/plafonddozen als schakelaars en stopcontacten verwijderd te worden voor een nette afwerking van het stucwerk.

Gebruik een E-stop stucring om schade aan stucwerk te voorkomen.

Het verschil tussen een wisselschakelaar en een serieschakelaar is de behuizing van de schakelaar. Een wisselschakelaar heeft één contact en is ook te gebruiken als enkelpolige schakelaar en een serieschakelaar heeft twee contacten die apart te bedienen zijn.

Wisselschakelaar
Met een wisselschakelaar kan één lamp of één lampgroep in een huis zowel onder als boven aan een trap worden in- of uitgeschakeld.

Lees meer over een wisselschakelaar.

Serieschakelaar
Met een serieschakelaar kunnen twee lampen of twee lampgroepen in een huis bijvoorbeeld in de woonkamer vanuit dezelfde plek worden in- of uitgeschakeld.

Lees meer over een serieschakelaar.

Het verschil tussen een enkelpolige schakelaar en een dubbelpolige schakelaar is dat op een enkelpolige schakelaar een fasedraad en schakeldraad worden aangesloten en op een dubbelpolige schakeldraad wordt naast een fasedraad en schakeldraad ook een nuldraad aangesloten.

Een dubbelpolige schakelaar onderbreekt tegelijkertijd de fasedraad en nuldraad. Hierdoor wordt het gehele elektrische circuit spanningsloos gemaakt en wordt extra veiligheid gegarandeerd.

Lees meer over een enkelpolige schakelaar en een dubbelpolige schakelaar.

Een grondkabel dient op een diepte van ongeveer 60 cm te liggen. Dit is vergelijkbaar met twee spades diep. Voor het aansluiten van elektriciteit in de tuin is het dus belangrijk dat de grondkabel op ongeveer 60 centimeter diepte in de grond ligt.

Lees meer over hoe je elektriciteit aanlegt in de tuin.

Het verschil tussen wisselspanning en gelijkspanning is dat de spanning bij wisselspanning telkens van richting verandert en dat de spanning bij gelijkspanning altijd in dezelfde richting loopt. Een batterij levert bijvoorbeeld gelijkspanning en uit een stopcontact komt wisselspanning. Daarnaast kan uit wisselspanning minder energie worden gehaald dan uit gelijkspanning omdat de spanning niet altijd maximaal is bij wisselspanning.

Lees meer over wisselspanning en gelijkspanning.!

Op een aardlekschakelaar mogen maximaal vier groepen worden aangesloten.

Op één groep in de groepenkast mag maximaal, 230 volt x 16 ampère, 3680 watt worden aangesloten.

Een aardlekschakelaar dient in ieder geval één keer per maand getest te worden.
Lees ook hoe je een aardlekschakelaar test.